Door de torenhoge prijzen verkeert Nederland in een rondkom-crisis, waardoor veel mensen nauwelijks de eindjes aan elkaar kunnen knopen, zegt Arjan Vliegenthart, baas van het budgetinstituut Nibud. Het lukt veel Nederlanders misschien nét om rond te komen zonder schulden te maken, maar bij een tegenslag volgend jaar kunnen zomaar veel meer Nederlanders in de schulden komen, zegt Vliegenthart in een gesprek met de Tweede Kamer.
“Er zijn heel veel mensen die op dit moment met kunst- en vliegwerk, interend op hun eigen reserves, het net aan redden.” Dat zijn volgens hem “eigenlijk heel goede budgetteerders” die nét geen schulden maken. “Maar volgend jaar gaat een keer de ijskast kapot, of komt de naheffing van de energierekening. Moet de auto naar de garage”, schetst de Nibud-directeur. “Dán ontstaan de schulden.”
Zo’n schuldencrisis “is echt mijn grote zorg”, zegt Vliegenthart. Om deze zo veel mogelijk te voorkomen, moeten zo snel mogelijk maatregelen genomen worden om de financiële pijn van huishoudens te verzachten. Want als het probleem straks is dat veel Nederlanders met grote schulden zitten opgescheept, “dan zijn we altijd te laat, hoe vroeg we er ook bij zijn.”
Vliegenthart schetste tegenover de aanwezige Kamerleden een somber beeld over de hoge kosten. Een op de drie huishoudens komt niet of nauwelijks rond, herhaalde hij. De helft daarvan is helemaal niet gewend drastische besparingsmaatregelen te nemen om het einde van de maand te halen. De andere helft van die groep heeft het al veel langer financieel moeilijk. Deze mensen volgen volgens Vliegenthart álle budgettips van het Nibud op en komen alsnog niet rond. “Ik begrijp dat u er ook niets meer aan kan doen”, zeggen veel Nederlanders die het budgetinstituut bellen.
Het aantal mensen dat aanklopt bij het Nibud is ook een stuk hoger dan voorheen. Vliegenthart schat dat het instituut 1,5 tot 2 keer zo vaak wordt gebeld als normaal. Ook de maatregelen die het kabinet al heeft genomen om huishoudens deels te compenseren voor de hoge kosten, bieden volgens hem lang niet genoeg soelaas.