Kunnen de zorg, gemeenten, het onderwijs en de politie nog meer doen om – samen – huiselijk geweld tegen kinderen te bestrijden. Maar ook tegen ouderen en andere mensen die thuis afhankelijk zijn van anderen. De regionale aanpak tegen huiselijk geweld gaat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) onderzoeken, samen met 3 andere inspecties.
Dat maken de inspecties bekend in de Week tegen Kindermishandeling 2023. Het onderzoek is al voorbereid en gaat begin volgend jaar van start. Naast de IGJ doen de Inspectie van het Onderwijs, de Inspectie Justitie en Veiligheid en de Nederlandse Arbeidsinspectie mee. De 4 inspecties zitten in het samenwerkingsverband Toezicht Sociaal Domein (TSD).
In verschillende regio’s gaan de inspecties in gesprek met alle betrokken partijen. Centraal staat de vraag of de organisaties samen effectief zijn op lokaal niveau huiselijk geweld te bestrijden en slachtoffers en plegers passende zorg en ondersteuning te geven. Daarbij gaat het bijvoorbeeld over:
Geweld in huiselijke kring is de meest voorkomende vorm van geweld in Nederland. Over kindermishandeling zijn er cijfers bekend:
Vaak wordt geweld in huiselijke kring ook van generatie op generatie overgedragen. Bijna twee derde van de slachtoffers wordt later opnieuw slachtoffer van geweld. Een fors deel (40 tot 75 procent) van de slachtoffers van kindermishandeling wordt later zelf pleger van geweld tegen de oorspronkelijke pleger, tegen de eigen partner of tegen kinderen in het gezin.